Terug naar overzicht
13.05.2024
#Zaken doen in België

Werken met buitenlandse onderaannemers? Eerst gegevens opvragen!

In de strijd tegen illegale tewerkstelling legt de Vlaamse regering een zorgvuldigheidsplicht op aan (intermediaire) aannemers. Wil een aannemer ontsnappen aan de ketenaansprakelijkheid voor illegale tewerkstelling, dan zal hij binnenkort een aantal bijkomende gegevens bij zijn rechtstreekse onderaannemer moeten opvragen.

Op te vragen gegevens

De informatie die de aannemer moet opvragen hangt af van de toelatingsgrond op basis waarvan de derdelanders in Vlaanderen tewerkgesteld worden of zelfstandige beroepsactiviteiten uitoefenen:

Gebeurt de tewerkstelling op basis van de Vander Elst-vrijstelling (detachering via andere Europese lidstaat), of wordt er beroep gedaan op een derdelander die een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent die hiervoor vrijgesteld is van beroepskaart, dan gaat het om volgende gegevens:

  1. het bewijs van een geldig paspoort (of reistitel);
  2. het bewijs van het recht op verblijf of de verblijfsvergunning van meer dan drie maanden in de lidstaat van de EER of Zwitserland;
  3. het bewijs van de Limosa–inschrijving (tenzij vrijgesteld);
  4. de A1–verklaring afgegeven door de buitenlandse instelling die verklaart dat de socialezekerheidswetgeving van dat land van toepassing blijft tijdens de tewerkstelling in België (1).

In geval de onderaannemer onderdanen van derde landen voor wie een toelating tot arbeid vereist is tewerkstelt, of wanneer een derdelander in opdracht van de rechtstreekse onderaannemer een zelfstandige beroepsactiviteit uitoefent waarvoor een beroepskaart vereist is, moet worden opgevraagd:

  1. het bewijs van een geldig paspoort (of reistitel);
  2. het bewijs van het wettige verblijf;
  3. het bewijs van een geldige Belgische toelating tot arbeid of beroepskaart van de voormelde onderdanen van derde landen;
  4. in voorkomend geval, het bewijs van de Dimona aangifte van tewerkstelling van de onderdanen van derde landen.

Digitale databank

De aannemer moet nagaan of deze gegevens aanwezig zijn in een online applicatie (die de overheid nog zal ontwikkelen). Zijn de gegevens niet beschikbaar of zijn ze vervallen, dan moet de aannemer zijn onderaannemer hierover aanspreken en hem verzoeken de (nog geldige) documenten alsnog aan te brengen.

Het is nog niet geweten welke gegevens u zal kunnen raadplegen via de digitale applicatie. Indien bepaalde gegevens niet verifieerbaar zijn via de applicatie, dan moet de aannemer ze meteen rechtstreeks opvragen bij zijn onderaannemer.

De aannemer moet deze controle doen vóór aanvang van de werken. Hij moet dit nadien niet verder opvolgen. Wanneer de aannemer echter vaststelt dat de geldigheidsduur van een document niet minstens overeenstemt met de duur van de dienstverlening, moet hij zijn onderaannemer erop wijzen dat het document tijdig vernieuwd moet worden. De aannemer moet daarentegen geen controle uitvoeren op de rechtsgeldigheid (van de inhoud) van de documenten.

Sociale inspectie

U moet steeds de gegevens kunnen voorleggen aan de sociale inspectiediensten. Assistentie nodig bij de controle van de documenten? Neem dan zeker vrijblijvend contact op. Onze experts helpen u graag verder!

Inwerkingtreding

De start van deze regeling is voorzien op 1 januari 2025. De gesprekken over de ontwikkeling van de digitale applicatie lopen nog. Het is de bedoeling dat de regelgeving inzake de zorgvuldigheidsplicht van de (intermediaire) aannemer pas in werking treedt wanneer deze applicatie operationeel is.

(1) In het geval dit document niet aanwezig is bij de aanvang van de dienstverrichting, volstaat het dat het ontvangstbewijs van de aanvraag van voormeld document aangebracht wordt door de rechtstreekse onderaannemer.

© Van Havermaet International 2024